In 6 stappen naar de perfecte behamaat!

Slechts 70% van de vrouwen draagt niet de juiste beha maat. Wij willen jullie stap voor stap laten zien hoe je zelf je eigen bh maat controleert. Met dit stappenplan ben je zeker dat jij de juiste bh maat draagt   

Trek de bh aan en buig voorover. Schud je schouders zacht heen en weer zodat je borsten als twee druppels in je beha vallen. Kom recht en maak de sluiting vast met het middelste haakje.

1. CHECK HET RUGPAND

Het rugpand is het belangrijkste onderdeel van de beha, hier komt namelijk 80% van de steun van je bh vandaan. De juiste omtrekmaat zorgt er voor dat het rugpand goed aansluit op het lichaam, zodat de borsten mooi gelift worden. Om voldoende steun te bieden, moet het rugpand horizontaal op je rug, onder je schouderbladen zitten. Check daarom of het rugpand niet hoger komt dan de beugels aan de voorkant. Als het in het midden van je rug omhoog kruipt, is je omtrekmaat te groot. Ga dan een voor een kleinere omtrekmaat: dat zal je extra stevigheid geven. Je moet makkelijk twee vingers onder de sluiting aan de achterkant van de band kunnen stoppen. Als er meer dan twee vingers onder kunnen, dan zit de band te los. De band zit te strak als je er geen twee vingers onder krijgt.

TIP: Als je een smallere rugband neemt, moet je ter compensatie wel een  cupmaat groter nemen. Bijvoorbeeld: zit een  85B te los, pas dan eens een 80C.

2. DE BEUGELS CONTROLEREN

Volg de beugels met je vinger. De beugels moet mooi rond om je borsten lopen, aansluiten op de huid en comfortabel aan voelen. Voel je de beugels prikken onder je oksel? Dan is de bh te groot. Prikken de beugels in je borst(weefsel) of zitten ze óp de borst? Dan is de bh te klein. 

3. KIJK HET MIDDENVOORSTUKJE NA

Het middenstuk is dat stukje materiaal tussen de cups. Dit wordt gemaakt van een heel sterk materiaal dat niet elastisch is, omdat het middenstuk ook voor heel wat steun zorgt. Het middenstukje moet perfect aansluiten op het borstbeen, en dus plat tegen je borstbeen zitten. Kan je er een vinger onder steken of kantelt het naar buiten? Dan zit de bh niet goed. Probeer dan een andere maat óf een ander model. Niet elk model is namelijk gepast voor elk type borst. 

4. PAS DE SCHOUDERBANDJES AAN

Bijna ieder vrouw heeft ongelijke borsten. Daarom is het belangrijk om beide bandjes afzonderlijk van elkaar stellen. De schouderbandjes zijn er niet om je borsten te liften, maar om je bh op z’n plaats te houden en om het gewicht van de borsten te helpen verdelen. Schouderbandjes zorgen voor maar 10% van de steun, de rest van de steun komt vanuit het rugpand. De schouderbandjes moeten strak aansluiten, zonder in de schouders te snijden of sporen na te laten. Als je bh goed zit, zou je nog gemakkelijk twee vingers tussen je huid en het schouderbandjes moeten kunnen steken.

Schouderbandjes kunnen een echte signatuur zijn. Denk maar eens aan de Tom van Marie Jo of de Madison van Prima Donna. Echte fans herkennen deze opvallende schouderbandjes direct!

5. DE CUPLIJN VOLGEN

Ga na of de rand van de bovencup niet insnijdt of open staat. Als de cup bovenaan de cup of aan de zijkanten insnijd, is de bh echt te klein. Dit zit niet alleen oncomfortabel, je gaat het ook zien in je kleding. De cups moeten je borsten volledig omhullen en een mooi, strak silhouet vormen. Als de bh aan de bovenkant niet helemaal gevuld is en niet mooi aansluit in de bh te groot. Een ander model kan ik dit geval ook helpen.

Om de pasvorm van de cups te beoordelen, gebruik je best een beha zonder vulling.